• Android
  • iOS

U dient de camera en het smartapparaat opnieuw te koppelen als u het koppelen hebt beëindigd door een van de volgende opties te selecteren:

Automatisch uitschakelen

Bij standaardinstellingen schakelt de camera automatisch uit als er gedurende ongeveer 30 seconden geen handelingen worden uitgevoerd. Totdat u volledig bekend bent met de camera en de app, is het raadzaam de automatisch-uit-vertraging met 5 minuten te verlengen door 5 min. voor Camera-instellingen > Automatisch uit in het SnapBridge 360/170-tabblad Camera te selecteren.

Voorafgaand aan het koppelen

Maak de camera en het smartapparaat gereed. Voordat de camera wordt gebruikt:

  • Druk op de filmknop gedurende ongeveer 3 seconden om de camera uit te schakelen en controleer of het aan/uit-lampje uit is.
  • Controleer of de accu voldoende is opgeladen om te voorkomen dat de camera onverwacht uitschakelt.
  • Schakel vliegtuigmodus uit.
  • Plaats een geheugenkaart na te hebben gecontroleerd of de kaart over voldoende opslagruimte beschikt.
  • Controleer of de HDMI- en USB-kabels zijn losgekoppeld.

Opmerking: Maak geen gebruik van de Bluetooth-optie in de instellingen-app van uw apparaat om de camera met het smartapparaat te koppelen.

Koppelen (Niet-NFC-apparaten)

  1. Camera: Controleer of de camera uitgeschakeld is en het aan/uit-lampje uit is.

    Als de camera ingeschakeld is (d.w.z., als het aan/uit-lampje aan is), druk dan ongeveer 3 seconden op de filmknop om de camera uit te schakelen.

  2. Smartapparaat: Schakel Wi-Fi Bluetooth in, maar start niet het koppelen.

  3. Smartapparaat: Start SnapBridge 360/170 en selecteer Verbindingsopties in het tabblad Verbinding maken.

  4. Camera: Druk gedurende ongeveer 7 seconden op de filmknop om het koppelen te starten. De statuslampjes knipperen kortstondig en gelijktijdig groen en beginnen vervolgens afwisselend te knipperen om aan te duiden dat de camera klaar is om te koppelen.

  5. Smartapparaat: Tik op de cameranaam.

    Het hieronder getoonde venster wordt weergegeven zodra het koppelen is voltooid.

    Als het koppelen niet start

    Zodra de camera klaar is om te koppelen, zal het ongeveer 4 minuten wachten voordat de camera automatisch uitschakelt en het aan/uit-lampje uit gaat. Als dit optreedt, schakel de camera uit en druk vervolgens gedurende ongeveer 7 seconden op de filmknop om de camera opnieuw gereed te maken voor koppelen.

Koppelen (NFC-apparaten)

  1. Camera: Controleer of de camera uitgeschakeld is en het aan/uit-lampje uit is.

    Als de camera ingeschakeld is (d.w.z., als het aan/uit-lampje aan is), druk dan ongeveer 3 seconden op de filmknop om de camera uit te schakelen.

  2. Smartapparaat: Schakel Wi-Fi, NFC en Bluetooth in, maar begin niet met koppelen.

  3. Smartapparaat: Sluit alle apps af die NFC gebruiken, inclusief SnapBridge 360/170, omdat anders het koppelen kan mislukken.

  4. Camera: Druk gedurende ongeveer 7 seconden op de filmknop om het koppelen te starten. De statuslampjes knipperen kortstondig en gelijktijdig groen en beginnen vervolgens afwisselend te knipperen om aan te duiden dat de camera klaar is om te koppelen.

  5. Smartapparaat: Raak de NFC-antenne naar het -logo (N-Mark) van de camera aan.

    SnapBridge 360/170 wordt automatisch gestart. Wanneer het bericht “Cameranaam verkregen. Verbinding maken?” wordt weergegeven, tik op OK. Het hieronder getoonde venster wordt weergegeven zodra het koppelen is voltooid.

    Als het koppelen niet start

    Zodra de camera klaar is om te koppelen, zal het ongeveer 4 minuten wachten voordat de camera automatisch uitschakelt en het aan/uit-lampje uit gaat. Als dit optreedt, schakel de camera uit en druk vervolgens gedurende ongeveer 7 seconden op de filmknop om de camera opnieuw gereed te maken voor koppelen.

Als het koppelen mislukt

Als het koppelen mislukt, druk dan ongeveer 3 seconden op de filmknop van de camera om de camera uit te schakelen en sluit vervolgens de SnapBridge 360/170 af nadat is gecontroleerd of het aan/uit-lampje van de camera uit is, en zorg er bovendien voor dat de app niet in de achtergrond wordt uitgevoerd. Daarna kunt u de stappen herhalen in “Koppelen (niet-NFC-apparaten)” of “Koppelen (NFC-apparaten)” om de camera met het smartapparaat te koppelen.

U dient de camera en het smartapparaat opnieuw te koppelen als u het koppelen hebt beëindigd door een van de volgende opties te selecteren:

Automatisch uitschakelen

Bij standaardinstellingen schakelt de camera automatisch uit als er gedurende ongeveer 30 seconden geen handelingen worden uitgevoerd. Totdat u volledig bekend bent met de camera en de app, is het raadzaam de automatisch-uit-vertraging met 5 minuten te verlengen door 5 min. voor Camera-instellingen > Automatisch uit in het SnapBridge 360/170-tabblad Camera te selecteren.

Voorafgaand aan het koppelen

Maak de camera en het smartapparaat gereed. Voordat de camera wordt gebruikt:

  • Druk op de filmknop gedurende ongeveer 3 seconden om de camera uit te schakelen en controleer of het aan/uit-lampje uit is.
  • Controleer of de accu voldoende is opgeladen om te voorkomen dat de camera onverwacht uitschakelt.
  • Schakel vliegtuigmodus uit.
  • Plaats een geheugenkaart na te hebben gecontroleerd of de kaart over voldoende opslagruimte beschikt.
  • Controleer of de HDMI- en USB-kabels zijn losgekoppeld.

Opmerking: Maak geen gebruik van de Bluetooth-optie in de instellingen-app van uw apparaat om de camera met het smartapparaat te koppelen.

Koppelen

  1. Camera: Controleer of de camera uitgeschakeld is en het aan/uit-lampje uit is.

    Als de camera ingeschakeld is (d.w.z., als het aan/uit-lampje aan is), druk dan ongeveer 3 seconden op de filmknop om de camera uit te schakelen.

  2. Smartapparaat: Schakel Wi-Fi en Bluetooth in, maar start niet met koppelen.

  3. Smartapparaat: Start SnapBridge 360/170 en selecteer Verbindingsopties in het tabblad Verbinding maken.

  4. Camera: Druk gedurende ongeveer 7 seconden op de filmknop om het koppelen te starten. De statuslampjes knipperen kortstondig en gelijktijdig groen en beginnen vervolgens afwisselend te knipperen om aan te duiden dat de camera klaar is om te koppelen.

  5. Smartapparaat: Tik op de cameranaam.

  6. Smartapparaat: Wacht, wanneer wordt gevraagd een accessoire te selecteren, op het Bluetooth-pictogram in de rechterbovenhoek van het scherm totdat deze van wit naar grijs verandert en tik vervolgens op de cameranaam (het kan soms even duren voordat de cameranaam wordt weergegeven).

    Het hieronder getoonde venster wordt weergegeven zodra het koppelen is voltooid.

    Als het koppelen niet start

    Zodra de camera klaar is om te koppelen, zal het ongeveer 4 minuten wachten voordat de camera automatisch uitschakelt en het aan/uit-lampje uit gaat. Als dit optreedt, schakel de camera uit en druk vervolgens gedurende ongeveer 7 seconden op de filmknop om de camera opnieuw gereed te maken voor koppelen.

Als het koppelen mislukt

Druk, als het koppelen mislukt, op de filmknop van de camera gedurende ongeveer 3 seconden om de camera uit te schakelen en zorg ervoor dat het aan/uit-lampje van de camera uit is. Dubbelklik op de Home-knop op uw iOS-apparaat en veeg omhoog om de SnapBridge 360/170 app af te wijzen en volg daarna de onderstaande stappen om de camera op uw iOS-apparaat te “vergeten”. U kunt vervolgens de stappen herhalen in “Koppelen” om het apparaat met uw camera te koppelen.

  • Open de iOS-instellingen-app en tik op Bluetooth.
  • Tik op het pictogram rechts van de cameranaam.
  • Tik op de optie “vergeten”.

Term of Use

© Nikon Corporation